parallelschakeling van een spoel met een condensator.
Een trillingskring heeft bij de resonantiefrequentie maar weinig energie nodig om in trilling te blijven, d.w.zie de kring heeft dan een grote weerstand. Dus een wisselstroom van bepaalde sterkte met de resonantiefrequentie gaande van a naar b zal over de kring een spanning doen ontstaan groter dan bij andere frequenties. Hoe verder van de resonantiefrequentie verwijderd, hoe kleinere spanning. Met de spanning tussen c en d kan men dus een bepaalde frequentie afzonderen en eventueel verder versterken (filter). Door verandering van de capaciteit (draaicondensator) of van de zelfinductie kan de resonantiefrequentie worden veranderd.