Zeemans woordenboek

Jacob van Lennep (1865)

Gepubliceerd op 11-07-2022

Bestek

betekenis & definitie

z.n.o.

1. Berekening van de plaats, waar een schip zich bevindt, welke dagelijks wordt opgemaakt overeenkomstig de opmeting van den weg, dien het heeft afgelegd en den koers, dien het gehouden heeft. Met het bestek voor- of achteruit zijn, zijn bestek vooruit loopen, achter zijn bestek zeilen, (na gedane waarnemingen ontdekken dat de gegiste plaats van het schip meer of min verwijderd is van de plaats, waar het zich werkelijk bevindt). Die Loods, die Stuurman heeft zich in zijn bestek vergist. Gegist bestek: bevonden bestek: verbeterd bestek: bestek opmaken: bestek zetten.
2. In schrift opgemaakte berekening van al de deelen, waaruit een schip zal moeten bestaan en van de aan te wenden kosten.

< >