Allert de Lange - Boekhandel en uitgeverij, Damrak 62, werd op 1 apr. 1880 door Allert de Lange (1855-1927) geopend. Zijn eerste uitgave was het weekblad "Onze gevederde vrienden; Tijdschrift voor vogelliefhebbers, kwekers en handelaren". Dit blad beleefde drie jaargangen; de uitgave "Uit en Thuis" was één jaargang beschoren. Langer hield de leesportefeuille "Leesinrichting Utile Dulci" het uit (1883-1941). In 1883, het jaar van de Wereldtentoonstelling* in A., gaf Allert de Lange een Vreemdelingenblad uit, nuttig voor de buitenlandse bezoekers.
Hierin ligt de oorsprong van de lange reeks taal- en reisgidsen die daarna werden uitgegeven. De eerste boeken die de firma uitgaf, waren kinderboeken, romans, taal- en reisgidsen en kunstboeken. Succesvol was de uitgave van de Heemschutserie en de Heemschutbibliotheek, opgezet door A.P.J. Kroonenburg. Ook de uitgaven "Amsterdamse Woonhuizen" (A.A. Kok*), "Amsterdamse gevelstenen" (H.W. Alings*), "Amsterdams Bouwkunst en Stadsschoon 1306-1942" (J-G. Wattjes en F.A.
Warners) en de "Historische Gids van Amsterdam" (A.E. d'Ailly* en de latere bewerking door H.F. Wijnman*) trokken de aandacht. Allert de Lange werd in 1927 opgevolgd door zijn zoon Gerrit, die de zaak tot 1935 leidde. Allert de Lange werd toen bekend om de uitgaven van exil-literatuur: een literatuurhuis voor Duitse schrijvers zoals Thomas Mann en Joseph Roth, die na de grote boekverbranding in nazi-Duitsland op 10 mei 1933 uitgeweken waren naar het buitenland. In de gevel vallen twee borstbeelden op, die betrekking hebben op de boekhandel. In de topgevel prijkt een uil met het jaartal 1886. In 1998 kwam een einde aan de boekhandel door faillissement.
LIT. Toke van Helmond, 100 jaar Allert de Lange, 1980.