(19e eeuw) (Barg.) Rotterdam; ook: Zwolle. Kijk ook onder Mokum*.
• (Taco H. de Beer en E. Laurillard: Woordenschat, verklaring van woorden en uitdrukkingen. 1899)
• Amsterdam is Groot Mokum, Mokum Mollof of Mokum Alf, Rotterdam Klein Mokum of Mokum Reis. (Noord en Zuid. Volume 29. 1906)
• Klein - Mokum of mokum reis = Rotterdam. (H.W.J. Kroes: Dieventaal. 1913)
• Kà nie,... me keerel komp strakkies uit Klein Mokum. (Israël Querido: De Jordaan: Amsterdamsch epos. Deel 2. 1914)
• Groot Mokum (Amsterdam), Klein Mokum (Rotterdam). (C.H. Ph. Meijer: Woorden en uitdrukkingen. 1919)
• Eigenaardig is het dat de Joden in Berlijn en elders in Pruisen de strafgevangenis te Spandau Groot Mokum, en die te Brandenburg Klein Mokum noemen. (Amstelodamum. Volume 7. 1920)
• Wie heeft nooit gehoord van de Amsterdamsche koeketers, de Leidsche penjeraars, de Goudsche pijpenkoppen of spritsen, de Utrechtsche theerandjes, van Rotterdam als klein-Mokum of Rotjeknor, van een Scheveninger als Yoei of Schollekop? Wie ziet niet neer op de Haagsche Windhappers of windzakken, die met Haagschen bluf hun harde houten ham opdienen? Om van den Haagschen kak en van aardappels, gekocht in een vioolkist, niet te spreken. (De Tijd: godsdienstig-staatkundig dagblad, 08/04/1936)
• Klein Mokum: Rotterdam. Ook: zwolle. (E.G. van Bolhuis: De Gabbertaal. 1937)
• Het werk startte vijftien jaar geleden. Eerst werd een kadastertekening opgesnord en werd van elk huis een plattegrond gemaakt op dun karton. Vervolgens maakten de AMC'ers foto's van alle huizen. Pas daarna gingen de modelbouwers aan de slag. Op dezelfde manier bouwden ze Klein Mokum. (De Volkskrant, 10/01/1980)
• Klein-Mokum: bijnaam van Rotterdam, door de joodse gemeenschap van Rotterdam; van de 12.000 Rotterdamse joden waren er na de Tweede Wereldoorlog nog slechts 700 over; Amsterdam is Groot-Mokum. (Jan Oudenaarden: De terugkeer van Opoe Herfst. 1986)
• Klein Mokum vraagt subsidie. (Het Parool, 12/09/1989)
• (Justus van de Kamp & Jacob van der Wijk: Koosjer Nederlands. 2006)
• (Paul van Hauwermeiren: Bargoens. Vijf eeuwen geheimtaal van randgroepen in de Lage Landen. 2020)