(eig.: Friedrich Wilhelm Viktor August Ernst), DUITS en Pruisisch kroonprins (Potsdam 6 Mei 1882 - Hechingen, Württemberg, 19 Juli 1951), oudste zoon van keizer Wilhelm II, studeerde te Bonn, werd officier en in 19 JI commandant van het „Leibhusarenregiment” te Dantzig. Hij deed van zich spreken door zijn openlijk gedemonstreerde nationalistische en militaristische sympathieën en zijn oppositie tegen het kabinet-von Bethmann Hollweg en werd door velen beschouwd als hoofd van de Duitse oorlogspartij.
In Wereldoorlog I was hij bevelhebber van het 5de leger, dat de uiterste linkervleugel vormde in de 1ste slag aan de Marne en het hoofdaandeel had in de aanvallen op Verdun. Kroonprins Wilhelm vluchtte 13 Nov. 1918 naar Nederland, waar hij op Wieringen werd geïnterneerd; 1 Dec. d.a.v. deed hij afstand van al zijn rechten op de Duitse en Pruisische troon.In Nov. 1923 keerde hij naar Duitsland terug, waar hij sedertdien als ambteloos burger op zijn landgoederen leefde. Hij steunde Hitler aanvankelijk. Na Wereldoorlog II werden zijn, van zijn vader geërfde, goederen in Nederland (Doorn) als vijandelijk vermogen verbeurd verklaard, nadat een verzoek tot „ontvijanding" was afgewezen.
In 1905 huwde kroonprins Wilhelm hertogin Cecilie van Mecklenburg-Schwerin. Uit dit huwelijk sproten zes kinderen (z Hohenzollern, stamboom).
Bibi.: Erinnerungen (1922); Meine Erinnerungen an Deutschlands Heldenkampf (1923); Ich suche die Wahrheit (1925).