is een Nederlands tijdschrift, dat van 1761 1876 verschenen is, zij het ook onder verschillende titels, sedert 1813 echter als Vaderlandsche letteroefeningen. Het stond aanvankelijk onder leiding van Cornelis en Petrus Loosjes te Haarlem, die hun verlichte opvattingen door middel van dit tijdschrift verspreidden, in hoofdzaak door beoordelingen van de geschriften uit binnen- en buitenland.
Daarbij verdedigden zij gewetensvrijheid, vrijheid van drukpers, emancipatie der Joden; waren voorstanders der nieuwere wijsbegeerte, maar trachtten in het algemeen een gematigd standpunt tussen de verschillende richtingen in te nemen. Aanvankelijk is hun kunstcritiek in overeenstemming met die der 18de-eeuwse kunstgenootschappen, later waarderen zij Bilderdijk en Bellamy, Feith en Betje Wolff. Na 1813 was de leider de uitgever Jacob Wybrand Yntema, die zich tegen de jongere generatie van het begin der 19de eeuw keert, waarvan het gevolg de oprichting van De Gids was. Na het overlijden van Yntema in 1858 bleven zij nog verschijnen tot 1876.Lit.: J. Hartog, Uit het leven v. e. tijdschrift, in: De Gids (1877) 5 Albert Verwey, Toen De Gids werd opgericht (1886).