is zowel het voorschrijven als het gereedmaken van recepten. Het voorschrijven van geneesmiddelen is de taak van de arts en, onder bepaalde restricties, ook van tandarts en vroedvrouw.
Het gereedmaken van geneesmiddelen is toevertrouwd aan de apotheker en, in plaatsen waar geen apotheker gevestigd is, ook aan de apotheekhoudende geneeskundige.Een recept is, volgens een in 1952 bij de Tweede Kamer ingediend ontwerp „Wet op de Geneesmiddelenvoorziening”, de schriftelijke aanwijzing nopens de bereiding of de aflevering van een geneesmiddel, afgegeven door een geneeskundige, een tandarts of een vroedvrouw ten behoeve van een of meer personen. Een recept moet vermelden de woonplaats van de arts, de datum, waarop het wordt voorgeschreven en de naam van de patiënt. Het eigenlijke voorschrift begint meestal met R of Rp (recipe = neem), daarna volgen de namen en hoeveelheden van de geneesmiddelen en van andere stoffen die bijv. ter verbetering van de smaak worden toegevoegd (corrigentia), voorts een aanduiding omtrent de vorm, waarin het middel moet worden gebracht (pillen, poeders, drank enz.) en een gebruiksaanwijzing. Ten slotte behoort het recept door de geneesheer te worden voorzien van een paraaf of een handtekening. Een recept, dat op deze wijze is ingericht, is een document, dat in rechten bewijskracht heeft. De apotheker is verplicht de recepten gedurende twintig jaren te bewaren.
De letter R., die thans beschouwd wordt als de afkorting van het woord Recipe, is wellicht de herinnering aan het begin van Oudegyptische voorschriften, die met het Horusoog begonnen.
De apotheker mag op een recept ieder geneesmiddel afleveren. Hem is echter bij de wet opgedragen acht te slaan op wellicht schadelijke vergissingen. Indien de arts het nodig vindt een maximale dosis te overschrijden, geeft hij daarvan blijk door achter de aangegeven hoeveelheid een uitroepteken te plaatsen (z dosering).
Voor stoffen, die onder de opiumwet* vallen, gelden speciale bepalingen ten aanzien van de inrichting van het recept, de administratie er van en de aflevering.
De apotheker is verplicht op verzoek van degene, voor wie het recept werd voorgeschreven, een afschrift van het recept te verstrekken. Bij de huidige wetgeving wordt zulk een afschrift niet als recept beschouwd; volgens bovenbedoeld „ontwerp van wet” zal dit,met zeker voorbehoud, wel het geval kunnen zijn.