of Kru(y)ckius, Nederlands waterbouwkundige en cartograaf, (Delft? 2 Dec. 1678 - Spaarndam 5 Febr. 1754), werd in 1698 als landmeter geadmitteerd; na aanvankelijk o.m. als examinator te zijn opgetreden van de stuurlieden der 0.1. Comp., werd hij in 1715 landmeter van het hoogheemraadschap Rijnland en werd hem in 1733 het hoofdtoezicht op de uitwateringswerken van Rijnland te Spaarndam opgedragen.
Van Cruquius stamt het plan om te komen tot een waterstaatskaart van Nederland in de zin van een kaart van de dijkhoogten en de waterstanden (1725), welk plan echter niet is uitgevoerd. In 1729 werd hem met enkele anderen de inspectie van de rivier de Merwede opgedragen, ten einde tot voorstellen te komen ter voorkoming van overstromingen van deze rivier. Het in 1730 uitgebrachte rapport stelde o.m. een overlaat achter om Hardinxveld voor en overlaten in het land van Altena, welke voorstellen op hevig verzet van de hoogheemraden van de Alblasserwaard en het Land van Arkel stuitten. Reeds in 1712 had hij met J.
Noppen en de landmeter Melchior Bolstra een ontwerp samengesteld voor de droogmaking van de Haarlemmermeer. Ook is van hem afkomstig een voorstel tot doorgraving van de Hoek van Holland (1731). In 1723 werd hij lid van de Royal Society te Londen.Cruquius was een bekwaam cartograaf, en was de eerste, die in zijn kaarten isohypsen en isobathen intekende. Voorts was hij een voorvechter voor een sterkere centralisatie in het toezicht op de waterstaatkundige toestand. Hij schreef verscheidene werken over kosmografische en waterstaatkundige onderwerpen, doch vooral is bekend zijn kaart van het Hoogheemraadschap Delfland in 25 bladen (1712). Cruquius, die in hoge mate aan querulantisme leed, oefende te Spaarndam ook de functie van schout uit.
Een van de oude stoomgemalen van de Haarlemmermeer, dat nu als museum is ingericht, draagt zijn naam.
Lit.: Z. Y. van der Meer, Het opkomen van den Waterstaat als taak van het Landsbestuur in de Republiek der Vereenigde Provinciën (Delft 1939); Z. W. Sneller, De landmeter N.
S. Cruquius en zijn plan tot doorgraving van den Hoek v. Holland 1731, in: Bijdr. v. Vad.
Gesch. en oudh.kunde VIII, 1 (1940).