Don, landvoogd der Nederlanden (Barcelona 25 Aug. 1528 - Brussel 5 Mrt 1576), kreeg van zijn moeder, die tot de allerhoogste adel van Spanje behoorde, de naam de Requesens. Hij erfde van zijn vader de titel van Grootcommandeur van Castilië.
In 1562 benoemde Philips II hem tot gezant te Rome, wat hij tot 1568 bleef, om daarna gouverneur van Milaan te worden. Hij nam intussen deel aan de oorlog tegen de Morisco’s (1568) en aan de slag bij Lepanto (1571). Wegens zijn strijd tegen de Barbarijse zeerovers werd hij benoemd tot grootmeester van San Jago.
Reeds lang voor het ontslag van Alva, werd Requesens als diens opvolger aangewezen; 17 Nov. 1573 kwam hij in Brussel en nam 29 Nov. het bestuur over. Zijn opdracht was meer gematigd en verzoeningsgezind op te treden, maar de strijd tegen de rebellen met kracht voort te zetten. Persoonlijk leidde hij dan ook de krijgsverrichtingen in Zeeland, het beleg van Leiden werd voortgezet en de aanval van Lodewijk van Nassau afgeslagen. Met doortastendheid trad Requesens op tegen de muiterij der troepen en tegen een door de prinsgezinden beraamde aanslag op Antwerpen. Hij moest echter voortdurend bij de koning klagen over geldgebrek en over de toenemende ontevredenheid in de nog gehoorzame gewesten, ondanks het uitvaardigen van een ruimer pardon dan Alva had afgekondigd en de opheffing van de Raad van beroerte en van de Tiende penning. De Staten-Generaal en de gewestelijke Staten drongen steeds aan op onderhandeling met de opstandelingen en toegevendheid aan de Hervormden.
Requesens ging daarop in en er werd te Breda in 1575 ernstig over vrede gesproken met afgevaardigden van de Prins. Maar Requesens wilde noch in zake de godsdienst noch wat betreft de macht der Staten iets toegeven: Katholicisme en vorstenmacht moesten integraal worden gehandhaafd. Intussen behaalden zijn troepen enige successen (Oudewater, Schoonhoven, 1575) en sloegen het beleg voor Zierikzee, hoewel Philips in Sept. 1575 opnieuw alle betalingen moest staken. Requesens’ plotselinge dood verzwakte het koninklijke gezag zeer.
DR H. A. ENNO VAN GELDER
Lit.: A. Moret-Fatio, La vie de D.L. de R. (Buil. hisp. 1904/1905); Francisco Barado y Font. D. L. deR. y la politica española en los Paises Bajos (1906); Arturo Masriera, D. L. de R. y Z. (1912); Corresp. di Phil. II avec les gouverneurs des Pays-Bas, II en III (Bruxelles 1851-58); J.
M. March, El Comendador Mayor de Castilla don L. de R. en el gobierno de Milán 1571-1573 (Madrid 1946).
