(Berlijn 15 Dec. 1784 Karlsruhe 20 Dec. 1833), een der beroemdste Duitse acteurs van zijn tijd, van Vlaamse afkomst, zoon van een zijdehandelaar, debuteerde in 1804 te Gera onder schuilnaam Herzberg. Het volgend jaar kreeg hij een engagement te Dessau, vanwaar hij wegens schulden naar Breslau vluchtte.
Daar leerde hij A. W. Iffland* kennen, die hem een engagement te Berlijn gaf. Devrient, vrij klein van gestalte, mager, bleek, met scherpe neus doch donkere vurige ogen, was als jeune premier niet geslaagd, maar werd een bijzonder karakterspeler, in komisch en ernstig werk. De rol van Franz Moor vestigde zijn positie; hij speelde Wallen stein, veel Shakespeare (Lear, Richard III, Shylock, Falstaff), Mephisto en de eigenaardige rollen vol fantasie, waaraan zijn naam verbonden bleef: Baron Scarabäus, Schneider Fips, Jude Schewa e.a. Bij de dood van Iffland in 1814 bleek deze hem de Iffland-ring te hebben overgedragen.
Devrient was 00k in het dagelijks leven een demonische figuur; met E. T. A. Hoffmann* ging hij kameraadschappelijk om. Zijn laatste levensjaren waren droevig; de alkohol was schuld daarvan. De mens Devrient is getekend in de Devrient-Novellen van H.
Smidt, in Die Vagabunden van Karl von Holtei, een blijspel van F. N. Kläger en in Devrient und Hoffmann oder Schauspieler und Serapionsbrüder van R. Springer.
Uit een zijner huwelijken had Devrient een dochter, die bij Klingemann te Brunswijk heeft gespeeld. De vele Devrients, in de Duitse toneelgeschiedenis bekend, waren afstammelingen van zijn broeder.
P. VERDOES