kenner der Chinese en Japanse talen (Würzburg 16 Febr. 1805 - Leiden 19 Jan. 1878), studeerde te Würzburg klassieke letteren. Van bijzondere muzikale aanleg en een goede stem rijk, wijdde hij enige jaren (1825-1830) aan het toneel.
In Oct. 1830 vestigde hij zich te Leiden. Hier maakte hij een aanvang met de bestudering van Abel Remusat’s Giammaire chinoise, bijgestaan door de Chinees Ko Tsingtsang; daartoe moest hij eerst de Maleise taal leren. De studie van de Chinese taal was de voorbereiding voor die van het Japans, waardoor hij in staat werd gesteld de door von Siebold meegebrachte Japanse bronnen te vertalen, gebezigd voor de samenstelling van von Siebold’s bekende werk Nippon Archiv. Ten einde de grondslagen der studie van de Japanse taal zo hecht mogelijk te leggen, werkte Hoffmann jarenlang aan een Japans-Nederlands woordenboek voor eigen gebruik (voltooid 1839) en een spraakkunst, welke de voorloper was van het in 1867 voltooide meesterstuk der eerste grammatica van de Japanse taal. In 1846 werd hij op aanbeveling van de sinoloog Stanislas Julien door de Nederlandse regering benoemd tot translateur voor het Japans, terwijl de grote verdiensten van de geleerde enige jaren later erkenning vonden door zijn benoeming tot honorair hoogleraar aan de Leidse Universiteit. Hij moet beschouwd worden als de grondlegger van de studie der Japanse en Chinese letterkunde in Nederland.PROF. DR C. C. KRIEGER
Lit.: H. Kern, Levensber. v. J. J. H.; Jrb. K.
A. v. W. 1878;
G. Schlegel, Levensber. in The Athenaeum 9-2-*78; W. Vissering, Levensber. in Het Vaderland 23-1-’78; L. Serrurier, Levensber., in de Spectator, Febr. 1878 enz.