Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 18-10-2023

Jens Christian HOSTRUP

betekenis & definitie

Deens dichter (Kopenhagen 20 Mei 1818 -21 Nov. 1892), studeerde theologie, was leraar, werd later onder invloed van Kierkegaards werken predikant. Hij schreef in de eerste periode van zijn schrijversloopbaan een aantal studentencomedies, die door het invoegen van muziek en zang vaudevilles zijn, maar hij besteedde meer aandacht aan de karakterbeschrijving dan de overige Deense vaudevilledichters.

Toen hij onder invloed kwam van Grundtvig en de Højskolebeweging schreef hij gedichten van godsdienstige inhoud. Na 1880, toen hij emeritus werd, keerde hij tot het toneel terug en schreef nu stukken, die in overeenstemming met de tijdstroom problemen behandelden, o.a. Eva, over het huwelijk.Bibl.: Studentencomedies: Genboeme (1844); Eventyr paa Fodrejsen (1844); En Spurv i Tranedans (1846). Andere toneelstukken: Intrigeme (1845); Mester og Lærling (1849); Soldaterløjer (1849); Tordenvejr (1851). Poëtiske Skrifter I-VI (18521856); Erindringer fra min Bamdom og Ungdom (autobiogr).

Lit.: Helge Hostrup, J.C.H., hans Liv og Geminger (1916).

< >