Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 06-08-2022

Jan frederik staal

betekenis & definitie

Nederlands architect (Amsterdam 28 Febr. 1879 - 8 Apr. 1940) vestigde zich, na zijn opleiding in de practijk en een studieverblijf in New York, in 1910 zelfstandig te Amsterdam; hier bouwde hij in de volgende jaren een aantal villa’s in het Willemspark en het gebouw Heystee (aan de Herengracht) in een sterk aan het werk van Berlage verwante stijl. In de geest van de „Amsterdamse School” is het werk van de volgende periode: woningen in het Park Meerwijk te Bergen N.H. (1918), in de Watergraafsmeer (1922) en in Amsterdam-West (o.a.

Jan Evertsenstraat 1925), het Nederlandse Paviljoen op de Wereldtentoonstelling te Parijs in 1925, de Doopsgezinde kerk (1927) en het Veilinggebouw( 1927 -1928) te Aalsmeer. Tot zijn latere werken behoren het gebouw van „De Telegraaf” (samen met ir G. J. Langhout, 1929), de zgn. „Wolkenkrabber” (1929), het gebouw voor „de Joodse Invalide” (1935). het project van het Wagneroperagebouw en de daarmee verbonden oplossing voor het museumterrein (1927), alle te Amsterdam, en de Beurs te Rotterdam (1940, nadat hij reeds in 1928 met een eerder project de prijsvraag hiervoor had gewonnen). Samen met zijn zoon Arthur behoorde hij tot de 4 bekroonden bij de eerste prijsvraag voor het Amsterdamse stadhuis (1939).Lit.: Wendingen 1929 no 5-6; Bouwkundig Weekblad 1940,195.

< >