bisschop en kardinaal (Baltimore 23 Juli 1834-24 Mrt 1921), in 1861 priester gewijd, in 1868 titulair bisschop, in 1877 aartsbisschop van Baltimore, in 1886 tot kardinaal verheven, was tevens de eerste kanselier van de Katholieke universiteit te Washington. Om zijn grote liefde voor zijn land, zijn zeer practisch inzicht en zijn strijd tegen godsdienstige onverdraagzaamheid, werd hij een door heel Amerika, Katholiek en Protestants, erkende en gewaardeerde persoonlijkheid en de raadsman der presidenten.
Aldus heeft hij aan de Katholieke Kerk groot aanzien in Amerika weten te verschaffen. Hij voorkwam de veroordeling van de machtige arbeidersorganisatie „Knights of Labour” met 730 000 leden, die interconfessioneel was en uiterlijk overeenkomst vertoonde met een geheim genootschap en daarom aan Rome verdacht voorkwam. Hij was voorzitter van het eerste zgn. godsdienstparlement van 1893 te Chicago, waar 168 afgevaardigden van verschillende belijdenissen en godsdiensten uit geheel de wereld aanwezig waren. In Wereldoorlog I stichtte hij de nationale Katholieke oorlogsraad.
Ook als schrijver heeft hij grote verdiensten. Door zijn apologetische geschriften gelukte het hem bij talloze Protestanten van Amerika en Engeland de anti-Katholieke vooroordelen weg te nemen.DR V. MOREL
Bibl.: Our Christian Heritage (1889); The Ambassador of Christ (1897); A Retrospect of Fifty Years (1917); Het bekendst is zijn werk The Faith of Our Fathers (1876; 83 ste uitg. in 1917), dat 00k in andere talen werd overgebracht. In het Nederl., door W. A. J.
Blaisse, titel: Het Geloof onzer Vaderen.
Lit.: A. S. Will, J. G. (N.
Y. 1911, 2de dr. 1922, Fr. vert. 1925).
