is het vaatrijke bindweefsel met korrelig oppervlak (granula = korrel), dat zich ontwikkelt in open wonden en in de bodem van genezende zweren. Het granulatieweefsel bewerkt de uitstoting van afgestorven weefselstukken en vult na enige tijd de wond geheel op.
Dan groeit de huid er overheen en tegelijk schrompelt het granulatieweefsel. Zulk een wondgenezing door middel van granulatieweefsel noemt men genezing per secundam intentionem; zij geeft dikker en onregelmatiger littekens dan de genezing per primam intentionem van operatiewonden en van scherpe, onmiddellijk gehechte wonden. Woekert het granulatieweefsel boven het huidniveau uit, dan belemmert het de sluiting van de wond. Zulk overtollig granulatieweefsel (wild vlees) moet dus worden verwijderd; men kan dit doen door aanstippen met zilvernitraat (helse steen) of door electrocoagulatie.
