(Amsterdam - Jakatra 7 Dec. 1615), was groot-koopman en reder, en werd als mede-oprichter en bewindhebber van de Nieuwe of Brabantsche Compagnie (1599) met de overgang van deze in 1602 naar de V.O.C., een der bewindhebbers van deze laatste. Op verzoek van zijn medeleden van het college van Heren-XVII nam hij in Febr. 1613 de benoeming aan tot G.-G. en vertrok met 7 schepen naar Indië.
Onderweg zond hij de opperkoopman Pieter van den Broecke met het jacht Nassau naar de Rode Zee en legde daarmede de grondslag van de handel der Compagnie op Arabië. Na 13 maanden verblijf in Indië overleed Reynst aan dysenterie.Lit.: F. W. Stapel, De G.G.s van Ned. Indië in beeld en woord (Den Haag 1941), blz. 10-11.