Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 28-12-2022

Georges COURTELINE

betekenis & definitie

Frans schrijver (Tours 25 Juni 1858 - Parijs 25 Juli 1929), was sedert 1883 het pseud. van Georges Victor Marcel Moineaux. Hij was de zoon van de humoristische schrijver Jules Moineaux (1825-1895) en zijn eigen werken munten ook alle uit door blijde en pittige humor.

Met zijn vader was hij medewerker aan de Gazette des Tribunaux, later, nadat hij bij het 32ste regiment jagers te paard gediend had, waar hij zoveel indrukken voor zijn militaire schetsen opdeed, werd hij boekhouder bij de Bouillons Duval, daarna ambtenaar aan het ministerie van eredienst. Men heeft zijn kleine en grotere schetsen en toneelstukken wel eens met Molière’s werken vergeleken om de aanstekelijke lach, die ze opwekken, met die van Anatole France om hun scherpe satire. Maar Gourteline is een zeer apart humoristisch schrijver, hij wekt zowel de wrange als de gulle lach met zijn taferelen uit het militaire en het ambtenaarsleven, waarin hij ons de maatschappelijke onvrijheid van de mens laat zien en zijn spartelen om toch maar eens vrij te komen. Als vele comici was Courteline in de grond pessimist.

Sedert 1926 was hij lid van de Académie Goncourt en „grand lauréat de l’Académie française”. Zwijgt na Linottes (1912).Bibl.: Buiten het toneel: Les Gaietés de l’Escadron (1886); Le 51e Chasseurs (1887); Les Femmes d’Amis (1838); Le Train de 8 h. 47 (1888); Madelon, Margot et Gie (1890) ; Les Facéties de Jean de la Butte (1892); Messieurs les Ronds-de-Cuir (1893); Ah! Jeunesse (1894); Ombres parisiennes (1894) enz. Theater: Lidoire (1891); Boubouroche (1893); La Peur des Coups (1895); Le Droit aux Etrennes (1896); Un Client sérieux (1898); Le Gendarme est sans pitié (1899); Le Commissaire est bon enfant (1900) ; L’Article 330 (1900) etc.; La Conversion d’Alceste (1905) ; Œuvres complètes (Paris 1925).

Lit.: J. Portail G. C., l’humoriste français (1928).

< >