Nederlands luitenant-generaal en politicus (’s-Gravenhage 9 Nov. 1865), volgde de hoofdcursus te Kampen en werd in 1889 2de luitenant der infanterie. Van 1901-1946 was hij lid van de Tweede Kamer voor de Anti-Revolutionaire Partij.
Wegens zijn Kamerlidmaatschap werd hij als officier op non-activiteit gesteld, doch sedertdien herhaaldelijk bevorderd, zodat hij ten slotte als luitenant-generaal de dienst verliet. Voorts was hij nog lid van de Legercommissie en van de Zuiderzeeraad, benevens voorzitter van de Nationale Landstormcommissie.