Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 05-01-2022

Belfort (stad)

betekenis & definitie

is een stad en vesting in het overgebleven gedeelte van het vroegere Franse departement Haut-Rhin, aan de voet der Vogezen en aan de Savoureuse. Dit gebied (Territoire de Belfort, groot 608 km2, met (1936) 99497 inw., waarvan 6,4 pet vreemdelingen, meest Italianen) is, ook nadat de Elzas weder aan Frankrijk kwam, niet meer aan Haut-Rhin toegevoegd, doch afzonderlijk gebleven.

De omringende vlakte staat bekend als de Bourgondische Poort of Trouée de Belfort. De stad Belfort telt (1936): 45625 inw. (o.w. vele vreemdelingen van allerlei nationaliteiten), die vooral leven van de industrie (katoenspinnerijen en weverijen, boekdrukkerij, machinefabrieken). De industrie van het territoire de Belfort omvat vooral metaal- en textielindustrie. Een deel van deze nijverheid werd hier destijds na de afstand van Elzas-Lotharingen aan Duitsland gevestigd. Zij ontwikkelde zich toen zeer snel, zowel in de stad Belfort, als in de omringende plaatsen (Valdoie, Bavilliers, Danjoutin). Ook is er veel handel daar de grote wegen van Basel, Lotharingen, Montbéliard, Straatsburg, Lyon en Parijs zich hier verenigen.Belfort was voorheen de hoofdplaats van een gewest, dat in de 14de eeuw tot het graafschap Pfirt (Ferrette) behoorde en bij de Munsterse vrede aan Frankrijk werd afgestaan. In 1659 schonk Lodewijk XIV haar aan kardinaal Mazarin en in 1781 kwam zij in het bezit van den hertog de Valentinois, totdat de Revolutie bij de wet van 25 Juli 1791 haar weer annexeerde. In de FransDuitse oorlog van 1870 en 1871 werd de stad belegerd door de Duitsers. Volgens het spreekwoord „zonder Belfort geen Elzas” stelde de commandant kolonel Denfert-Rochereau, alles in het werk, om haar zo veel mogelijk te versterken, terwijl de belegeraars niets onbeproefd lieten, om zich van de sleutel van de Elzas meester te maken. Bevelhebber der belegeringstroepen was de luitenant-generaal von Treskow. Met 18000 man begon hij de 3de Nov. 1870 de vesting in te sluiten; de 2de Dec. begon het beleg.

De 8ste Febr. werden de beide forten Basses-Perches en Hautes-Perches veroverd, en de belegeraars verkregen daardoor vaste punten, vanwaf - zij de citadel en de forten La Miotte en La J1 ice konden beschieten. De capitulatie van Belfc op voorwaarde van vrije aftocht met militaire eer had plaats op 16 Febr., omdat Bismarck anders de wapenstilstand niet had willen verlengen. Bij de vrede kwam Belfort toch weer aan Frankrijk terug en werd na het aftrekken der Duitse bezettingstroepen (1873) geweldig versterkt, zodat het in Wereldoorlog I niet ingenomen kon worden.

In Wereldoorlog II speelde Belfort —- op 22 Juni 1940 door de Duitsers bezet — wederom een grote rol, daar de Bourgondische Poort de eeuwenoude toegangsweg van Frankrijk naar Duitsland vormt, zo goed als omgekeerd. Na de invasie op 6 Juni 1944 in Normandië en de geallieerde landing op 14 Aug. 1944 aan de Riviera, trokken de restanten van de legergroep-Blaskowitz, bestaande uit het 2de Duitse leger dat aan de Franse westkust tussen Loire en Pyreneeën en het igde Duitse leger dat aan de Franse Middellandse Zeekust had gestaan, terug op de Westwall. De sterk gedecimeerde legergroep-Blaskowitz wist zich echter ten W. van Belfort en in de Vogezen te handhaven, waardoor de Elzas voorlopig nog in Duitse handen bleef. Tegenover de Duitse troepen aan de Bourgondische Poort opereerde het iste Franse leger onder generaal De Lattre de Tassigny. Bij de grote geallieerde aanval op de Duitse stellingen in de Vogezen en in Lotharingen, vielen de Fransen op de Bourgondische Poort aan. Op dezelfde dag dat de Amerikanen ten N. van de Vogezen de vesting Metz namen (19 Nov. 1944) veroverden de Fransen Belfort en trokken daar de Elzas binnen.

De Savoureuse deelt de stad in twee delen, rechts de moderne, links de oude stad met haar monumenten en openbare gebouwen. De kerk St Denis werd tussen 1727 en 1750 in classicistische stijl opgetrokken; voor het kort tevoren gebouwde stadhuis verheft zich de befaamde „Leeuw van Belfort”, beeldhouwwerk van Bartholdi, ongeveer 16 m hoog.

Lit.: Thiers en De la Laurencie, La défense de B. (5de dr. 1897); H. v. Müller, Die Belagerung von B. (1900); A. Gibert, La porte de Bourgogne et d’Alsace (Trouée de Belfort), Etudes Géogr. (Paris 1930).

< >