ontstaan uit het Middeleeuws-latijnse abbatissa, is het vrouwelijk woord voor abt. De abdis is een overste van een abdij voor vrouwelijke kloosterlingen.
Haar positie is analoog aan die van een abt in een mannenklooster. Volgens het algemene recht wordt zij door de geprofeste religieuzen gekozen en door de kerkelijke overheid bevestigd. Voorwaarden: wettige geboorte, 40 jaar oud, tien jaar professie.