Winkler Prins

Anthony Winkler Prins (1870)

Gepubliceerd op 20-08-2018

Wratten

betekenis & definitie

Wratten (verrucae) zijn alleenstaande of in groepen geplaatste, plat-halfbolvormige of eenigzins puntige uitwassen op de huid, die onder eene dikke, hoornachtige, somtijds eenigzins gebarstene bekleeding uit een week, ligt bloedend weefsel bestaan. Zij zijn haren oorsprong verschuldigd aan den sterken aangroei van eene grootere of kleinere groep tepeltjes der lederhuid en aan eene verdikking der tot bedekking dienende opperhuid. Omtrent de oorzaken van dien sterken groei der tepeltjes verkeert men nog in het onzekere. Vaak verdwijnen de wratten eerlang van zelf doordien het inwendig weefsel uitdroogt en verschrompelt, waarna de hoornachtige bedekking afschilfert.

Aangeboren wratten gaan nooit van zelf weg. Dit verdwijnen der wratten heeft een grooten naam bezorgd aan tegen wratten aanbevolene sympathetische middelen, dewijl men daaraan toeschreef wat het gevolg was van eene natuurlijke, maar in zijne werking onbekende genezing. Tegen eene gewone geneeskundige behandeling leggen de wratten eene verwonderlijke hardnekkigheid aan den dag. Het gemakkelijkst kan men ze verwijderen door bijtende middelen, zooals helschen steen, maar op den duur moet men het bijtmiddel steeds dieper laten werken. Aangeboren wratten, vooral gekleurde, veranderen op gevorderden leeftijd ligt in boosaardige gezwellen en moeten door eene operatie verwijderd worden. — Bij de planten geeft men den naam van wratten aan kleine aanhangsels der opperhuid, welke met de haarvorming in verband staan, hoewel aan de vorming daarvan ook cellen deelnemen, welke onder de opperhuid gelegen zijn. Het zijn meestal meercellige verhevenheden, die zich van de klieren onderscheiden door gemis van afscheiding en door meer hardheid. Zij komen niet zelden voor op zaden en vruchten.

< >