Waldenburgsche Gebergte (Het) of het Neder-Silézische Sleenkolengebergte is een gedeelte der Sudeten, omvat de bergstreek tusschen de oorspronkelijke rotsgevaarten van het Reuzen-, Katzbach- en Eulengebergte en het zandsteengebergte, van den Heuscheuer en is van het Reuzengebergte door het dal van Landeshut gescheiden. Het bestaat hoofdzakelijk uit Devonisch graauwak van denzelfden ouderdom als de steenkolenkalksteen, uit het winstgevende Steenkolengebergte en uit roodliggend, porfier en melafier. Genoemd Steenkolengebergte vormt eene laagte ter lengte van 24 en ter breedte van 8 Ned. el, in wier midden Waldenburg gelegen is, terwijl er zich de porfiergroep van het Hochwald (840 Ned. el hoog) verheft. Ten noorden van die laagte verrijst het Devonisch graauwak met de bevallige landschappen van den Fürstenstein en met den porfierkoepel van het Sattelwald (808 Ned. el hoog).
Ten zuiden van die laagte vindt men het roodliggend, doorboord van porfier- en melafiergevaarten, van welke de Dürre Gebirge (945 Ned. el hoog) en de Heidelberg (954 Ned. el hoog) de voornaamste zijn. De steenkolenlagen bereiken er eene gezamenlijke diepte van 33 Ned. el. Voorts heeft men er ijzererts, bouwsteen en minerale bronnen (Salzbrunn, Altwasser en Charlottenburg), en bij de bewoners van dit gebergte vindt men eene sterk ontwikkelde nijverheid.