Winkler Prins

Anthony Winkler Prins (1870)

Gepubliceerd op 20-08-2018

Sifflé

betekenis & definitie

Sifflé (Alexander François), een Nederlandsch dichter, geboren te Middelburg den 11den Mei 1801, studeerde te Leiden en vestigde zich in 1825 als advocaat in zijne geboortestad, waar hij drie jaar later notaris werd. In 1848 werd hij mede-oprigter, daarna hoofdredacteur van de Zeeuwsche Courant, en overleed den 7den October 1872. Hij schreef voor het tooneel : „ Albrecht Beyling (1811)”, — „Filips van Egmond of het verijdeld verraad (1832)”, — „Godefried en Gisla (1833)”, — Antigoné (1836; 2de druk 1861)”, — voorts leverde hij : „Gedichten (1825)”, — „Over de taalstelsels van Siegenbeek en Bilderdijk (1827)”, — „Over den oorsprong der wetten van het rijm (1828)”, welke beide laatste werken werden bekroond, — „Nieuwe gedichten (1864, 2 dln)”, — „Verhandeling over den oorsprong en de grenzen van het wettig gezag in den Staat (1852)”, — „Java’s ramp (1861)”, — Herfstbloemen, nieuwste gedichten (1861)”, enz., — benevens talrijke bijdragen in tijdschriften en jaarboekjes.

< >