Ressel (Joseph), een bekwaam werktuigkundige, geboren in 1793 te Chrudim in Bohemen, studeerde van 1812 tot 1814 te Weenen, bezocht daarna de boschbouw-académie te Mariabrunn, werd in 1817 opziener der wouden in Krain , en zag zich daarna verplaatst en vervolgens op wachtgeld gesteld. In 1848 droeg hij niet weinig bij tot redding van het niet te Venetië gelegene gedeelte der Oostenrijksche vloot, kwam toen in dienst bij de marine en overleed den 10den October 1857. Steeds hield hij zich bezig met verschillende uitvindingen en ontwierp reeds in 1812 de teekening eener schroef van Archimedes, waarmede men schepen zou kunnen voortstuwen. In de jaren 1826 en 1829, toen hij zich te Triest bevond, slaagde hij er in, een schroefstoomschip te bouwen met eene machine van 6-paardenkracht.
De proefvaart echter mislukte door eene toevallige omstandigheid, en de policie belette de herhaling. Reeds vóór 1829 had hij pogingen aangewend, om zijne uitvinding in Frankrijk te verkoopen, en men heeft getracht aan te wijzen, dat alle latere Fransche en Engelsche plannen van schroef booten het zijne tot grondslag hadden. In 1863 verrees te Weenen een gedenkteeken te zijner eer.