Orleanisten

betekenis & definitie

Orleanisten noemt men de aanhangers van de familie Orleans in Frankrijk, zoowel gedurende de Groote Omwenteling de partij van den hertog van Orleans (Egalité), als sedert 1830 de vrienden der Julij-dynastie. Deze laatsten behoorden meestal tot den beschaafden en welvarenden middenstand (Bourgeoisie); zij kwamen echter na den val van Louis Philippe (1828) op den achtergrond, daar zij in aantal en geestkracht moesten onderdoen voor de Legitimisten, Bonapartisten en Republikeinen. Na den oorlog van 1870—1871 deden zij echter weder van zich hooren. Hunne bekrompene omzigtigheid evenwel, hunne overdrevene onderworpenheid aan de Clericalen, en eindelijk hunne pogingen, om met de Legitimisten zamen te spannen, ten einde het stamhoofd der Orleanisten, den graaf van Parijs, na den dood of den afstand van den graaf van Chambord diens plaats te doen innemen, heeft vele vrij zinnige gemoederen van hen afkeerig gemaakt en naar de zijde der Republikeinen doen overgaan, zoodat men thans volgens het vrij algemeen gevoelen de partij der Orleanisten in Frankrijk beschouwen kan als eene weinig invloedrijke schaar van doctrinaire drijvers, eergierige fortuinzoekers en bevorderaars der clericale reactie.