Orebro, de hoofdstad van het Orebro-Län of van het Zweedsche landschap Nerike, dat op ruim 160½ geogr. mijl omstreeks 170.000 inwoners telt, is eene der welvarendste steden des rijks. Zij ligt ¼de geogr. mijl van het westelijk uiteinde van het Hjelmarmeer, dat hier de Svart-elf opneemt en de haven vormt.
Men heeft er eene fraaije kerk met een sierlijk altaarstuk en onderscheidene praalgraven, — voorts een oud, maar prachtig en vermaard kasteel, uit het water opgetrokken, een stadhuis, een concerthuis, een lazareth en omstreeks 10.000 inwoners. Men heeft er eenige fabrieken, en een levendigen handel. — Deze stad vindt men reeds in de 8ste eeuw vermeld, en het kasteel is in de 13de eeuw gesticht door Birger Iarl. Er zijn onderscheidene Rijksdagen gehouden, en men wijst er het huis aan, waar Gustaaf I Wasa het levenslicht aanschouwde. Op den Rijksdag van 1810 werd aldaar Bernadotte tot troonopvolger in Zweden gekozen.