Winkler Prins

Anthony Winkler Prins (1870)

Gepubliceerd op 09-08-2018

Mazelen

betekenis & definitie

Mazelen (Morbilli) is de naam van eene acute huidziekte met een regelmatig verloop. Gewoonlijk gaan zij vergezeld van koorts en heerschen epidemisch. Voorts zijn zij besmettelijk, zoodat zij door het overbrengen der smetstof ontstaan. Zij vertoonen zich alsdan in de gedaante van kleine, donkerroode vlekken met onregelmatige randen, die zich over de geheele huid verspreiden, terwijl zich tevens eene catharrale ontsteking van het slijmvlies der ademhalingswerktuigen openbaart.

Het incubatie-tijdperk — namelijk van het oogenblik der besmetting tot aan het uitbreken der ziekte — duurt omstreeks 12 dagen. Tot de voorafgaande verschijnselen behooren een gevoel van matheid, koude, hitte, dorst, hoofdpijn, verminderde eetlust, verkoudheid, hoesten en heeschheid, somtijds ook braking en buikloop. Die verschijnselen worden allengs erger, en ongeveer op den 13den dag vertoonen zich de roode vlekken, gewoonlijk eerst aan de slapen van het hoofd, dan in den nek, en verspreiden zich vervolgens over het geheele ligchaam. Eerst ontwaart men roode stipjes of kleine vlekjes, maar deze vloeijen weldra ineen. De huid, in het tijdperk der uitbarsting vochtig, wordt nu droog en brandend heet, terwijl de patiënt last heeft van dorst, jeukte en spanning der huid. Die roodheid blijft gewoonlijk 3 dagen aanhouden en verdwijnt dan langzamerhand, tegelijk met de ziekelijke verschijnselen. Daarop begint de huid af te schilferen.

In den regel zijn mazelen voor gezonde kinderen niet zeer gevaarlijk, althans wanneer deze epidemie een goedaardig karakter heeft. Dat is evenwel niet altijd het geval. Zij doen dikwijls ontsteking van het strottenhoofd en van de luchtpijp, — voorts kramp, hevigen buikloop, nierziekten en ontsteking der ooren of der oogen ontstaan. Tot de naziekten van mazelen behooren wijders asthma en longtering.

Indien de mazelen regelmatig verloopen, dan zijn eigenlijke geneesmiddelen onnoodig, daar het vooral aankomt op eene doelmatige verpleging van den lijder. Men bezorge hem rust, dekke hem niet al te warm, geve hem een verfrisschenden drank, en zorge zoowel voor gedurige verschooning als voor frissche lucht in de kamer. In het algemeen wordt eene koele behandeling aangeprezen, zoodat de patiënt gerust zijn gelaat en zijne handen eenmaal of meermalen daags met koud water kan wasschen. Tot voedsel gebruike men daarna soep en melk. Zijn de koorts en de hoest verdwenen, dan worden warme baden zeer aangeraden, en bij vermeerdering van den eetlust geve men krachtiger spijs. Bij zulk eene koele behandeling kan men de kinderen spoedig weder in de opene lucht brengen, waar zij ras herstellen en minder gevaar loopen van naziekten, dan wanneer hij weken lang in eene warme kamer worden gehouden. Ziekelijke kinderen en zwangere vrouwen moet men zooveel mogelijk tegen de besmetting beveiligen; voor gezonde kinderen is dit bij goedaardige mazelen minder noodig.

< >