Lapsana L. is de naam van een plantengeslacht uit de familie der Zaâmgesteldbloemigen en uit de afdeeling der Cichorei-achtigen. Het onderscheidt zich door 8 tot 10 gelijke omwindselblaadjes, in een krans geplaatst, aan den voet van eenige korte schubbetjes voorzien en bij rijpe bloemhoofdjes overeind gezeten, — voorts, door een naakten bloembodem, gele, lintvormige, tweeslachtige bloempjes, en lancetvormige, een weinig afgeplatte, gekromde vruchtjes zonder zaadpluis of opgeworpen rand. De bij ons voorkomende L. communis L., gewoonlijk akkerkool of basterdhazenlatuw genaamd, is eene éénjarige plant met vertakten stengel en eene uitgespreide tuil van 8—12-bloemige hoofdjes.
Hare onderste bladeren zijn meestal liervormig met eene hartvormig getande, groote eindlob, en de bovenste gelijken op de eindlob der lagere. Zij groeit op bebouwde en onbebouwde gronden, tusschen kreupelhout en aan heggen en wordt door velerlei vee gegeten.