Winkler Prins

Anthony Winkler Prins (1870)

Gepubliceerd op 08-08-2018

Kreitmayer

betekenis & definitie

Kreitmayer (Aloys Wiguläus, vrijheer von) een verdienstelijk Beijersch retsgeleerde en staatsman, geboren den 1sten December 1705 te München, ontving aldaar zijne eerste opleiding, studeerde te Salzberg in de wijsbegeerte, te Ingolstadt in de regten, te Utrecht en te Leiden in het staatsregt en te Wetzlar in de regtspractijk en zag zich reeds in 1725 als hofraad te München aangesteld. Na den dood van keizer Karel VI werd hij in 1741 lid van het Hofgeregt in Pfalz-Beijeren en opgenomen in den adelstand. Onder Karel VII werd hij Hofraad in werkelijke dienst, en na den dood van dezen ontving hij van den keurvorst Max Joseph eene aanstelling tot Hofraad-kanselier en geheimraad. In 1758 werd hij geheim-kanselier alsmede kanselier van de Keur-Beijersche Académie van Wetenschappen, en na den dood van keizer Joseph II „Vicariatshofsgerichts-Kanzler”.

Hij overleed den 27sten October 1790. Aan hem is Beijeren zijn: „Codex juris Bavarici judiciarii (1751; laatste uitgave 1813)”, — zijn „Codex Maximilianus Bavaricus civilis (1758; nieuwe uitgave 1788)”, — en zijn „Novus codex juris Bavarici eriminalis (1751; 3de druk 1788)” verschuldigd, waaraan hij nog toevoegde een: „Supplementum et index generalis”, alsmede „Anmerkungen über dem Codex juris Bavarici judiciarii (1754—1755)”, — „Annotationes ad codicem juris Bavarici eriminalis (1751 en later)”, — en „Anmerkungen über dem codex juris Bavarici civilis (1758, 5 dln)”. Ook schreef hij nog: „Grundrisz des allgemeinen deutschen und bairischen Staatsrechts (1769— 1770, 7 dln; 2de druk 1789)”.

< >