Isócrates, een beroemd Grieksch redenaar, geboren te Athene in 436 vóór Chr., genoot het onderwijs van Gorgias, Pródicus en Theramenes, maar durfde wegens zijne zwakke stem en zijne aangeborene angstvalligheid niet openlijk optreden, terwijl hij zich bezig hield met het geven van onderwijs in de welsprekendheid en met het leveren van redevoeringen aan anderen, — zaken, die hem veel geld opbragten. Met Plato, den speelmakker zijner jeugd, bleef hij tot in hoogen ouderdom bevriend. Ook behoorde bij tot de ijverigste vereerders van Sócrates en tot de hevigste bestrijders der Sophisten. Bij den dood van eerstgenoemde was hij in Athene de eenige, die zich in rouwgewaad hulde.
Vooral heeft hij zich verdienstelijk gemaakt door de welsprekendheid aan te wenden tot practische oogmerken, inzonderheid tot bevordering van zedelijkheid en deugd, terwijl hij tevens groote zorg besteedde aan de beschaving van den stijl, aan eene welluidende ronding der volzinnen. zijne redevoeringen eischten dientengevolge veel tijd, en men zegt dat hij aan den „Panathenaïcus” tien jaar gewerkt heeft. De gedurige beschaving zijner redevoering gaf echter daaraan eene vervelende gladheid en eentoonigheid, ofschoon het verwijt van de beoordeelaars van zijn tijd, dat zijn stijl te breed was, dat hij zijne denkbeelden onder onnoodige sieraden begroef, — ja, dat hij den inhoud opofferde aan den vorm, niet volkomen regtvaardig is. Gloeijende van vrijheidsmin, bragt hij — schoon 98 jaren oud — in 338 vóór Chr. na den rampspoedigen slag van Chaeronéa zich zelven om het leven. Van de 60 redevoeringen van Isócrates, ten tijde van Plutarchus nog aanwezig, zijn 21 tot op onzen tijd bewaard gebleven. Daartoe behooren de „Panegyricus”, waarin hij de Grieken tot eendragt vermaant in den strijd tegen de Perzen, en de „Panathenaïcus”, eene lofrede op Athene. Al zijne redevoeringen vindt men in de verzameling der „Oratores Attici”. Ook heeft men vele afzonderlijke uitgaven der redevoeringen van Iscórates.