Hypsipyle was volgens de Grieksche fabelleer eene dochter van Thoas, koning van Lemnos. Toen de vrouwen aldaar weigerden offerhanden te brengen aan Aphródite (Venus), bezocht deze haar met een kwalijkriekenden adem, weshalve zij door hare mannen verlaten werden, die zich van Thracische slavinnen voorzagen.
Hierdoor verwoed, vermoordden zij alle mannen, en het gelukte alleen aan Hypsipyle haren vader te redden door hem naar Chios te brengen.
Toen vervolgens de Argonauten aldaar aan land stapten, werden zij met de meeste voorkomendheid bejegend, en Hypsipyle schonk aan Jason 2 zonen, Euneus en Deipylus Na de afreis der Argonauten ontdekten evenwel de overige vrouwen van Lemnos, dat Hypsipyle haar misleid en haren vader aan den dood onrukt had, zoodat zij haar van het eiland verbanden. Op zee viel de ongelukkige in handen van zeeroovers en werd aan den Thebaanschen koning Lycus als slavin verkocht.
Aan diens zoon Opheltes strekte zij tot min. Toen het leger der Zeven Helden naar Theben trok, ontmoette het Hypsipyle in een woud op het grondgebied van Lycus. Zij legde het kind ter aarde, om de dorstigen te verkwikken,en het werd door eene slang gedood. Ter zijner gedachtenis werden de Nemésche spelen vastgesteld. Hypsipyle echter zag zich wegens dit ongeval in den kerker geworpen, waaruit zij vervolgens door hare zonen bevrijd werd.
