Haverkamp. Onder dezen naam vermelden wij:
Sigbert of Sigebertus Haverkamp, een verdienstelijk Nederlandsch geschied- en letterkundige. Hij werd geboren te Leeuwarden in December 1684, studeerde te Utrecht in de godgeleerdheid, was achtervolgens predikant te Stad aan ’t Haringvliet en lector in de Grieksche taal te Leiden, welke laatste betrekking hij aanvaardde den lsten Junij 1720 met eene redevoering: „De quaestione, utrum armis an literis Graecia sibi majus nomen paraverit”. Het volgende jaar werd hem het hoogleeraarsambt te Franeker opgedragen, waarvoor hij echter bedankte, omdat hij op aanbeveling van P. Burman benoemd was tot professor in het Grieksch te Leiden, alwaar hij zijne lessen opende met eene „Oratio, qua probatur, vigente aemulatione et gloriae studio, virtutem Graecorum ad maxima imperii et literarum incrementa pervenisse, at vero, sublata aemulatione et extincto gloriae ardore, omne decus literarum una eum imperio concidisse”. Later werd hem tevens het onderwijs in de welsprekendheid en geschiedenis toevertrouwd. Ook was hij curator der Latijnsche school, en overleed den 27sten April 1742. Hij was een uitstekend beoefenaar der oude talen, en schreef onder anderen: „Oratio de actione oratoris, sive corporis eloquentia (1724)”, — T. Lucretii Cari de Rerum natura libri VI cum annotationibus (1725, 2 dln); — „Flavii Josephi opera omnia graece et latine, cum plurimorum interpretum animadversionibus (1726, 2 dln)”, — „Museum Uilenbroekianum (1729, 3 dln)”, — „Thesaurus Morellianus etc. (1734, 2 dln)”, — Algemeene Historie der zaken in Azië, Afrike en Europe en in derzelver Koningrijken, Landschappen, Staten en Steden, sedert het ophouden der fabel-eeuwe tot op de heerschappij van Karel den Grooten, en tot den tijdt, doorgaans de Middel-eeuwe genaamd, voorgevallen, met meer dan duizend historiepenningen verrijkt en opgeheldert (1736—1739, 3 dln)”, — „Sylloge scriptorum de pronunciatione Graecae linguae (1736, 1740, 2 dln)”, — „Introductio in historiam patriam (1739)”, — en „Introductio in antiquitates Romanas, et antiquitatum Graecarum praecipue Atticarum descriptio brevis (1740)”. Ook leverde hij een aantal vertalingen uit het Italiaansch ten behoeve van den grooten „Thesaurus rerum Italicarum”. — Zijn zoon Abraham, te Leiden geboren, was een bekwaam regtsgeleerde en wijsgeer.
Johannes Haverkamp, een Nederlandsch tooneeldichter en geschiedschrijver. Hij werd geboren te Amsterdam en leefde er in de eerste helft der 18de eeuw. Van zijne geschriften noemen wij: „De dood van Nero, treurspel (1709; 2de druk 1720)”, — „Geta of de broedermoord van Antoninus, treurspel (gedeeltelijk door K. Lescailje, 1713; 2de druk 1735)”, — Eenige treurspelen naar het Fransch, zooals „Sartorius”, „Clotilde”, „Sabinus” en „Brutus”, — „Gedichten (1713)”, — „Bijbelpoëzij (1729)”, — „Historie van Gustaaf I, koning van Zweden (naar Vertot, 1735)”, — „Staatsgeheimen van Europa (1740, 22 dln)”, — en „Echt verhaal van de groote staatsverwisseling, voorgevallen in de Republiek der Vereenigde Nederlanden, in den jare 1747 enz. (naar Rousset, 1747)”.