Golesco (Nicolaus), een Roemeensch staatsman, geboren in 1810 te Campoe-Longoe in Walachije uit een Bojarengeslacht, ontving zijne opleiding te Genève op de school van Töpffer en keerde in 1829 terug naar zijn vaderland, waar hij kolonel werd en adjudant van den hospodar Alexander Ghika. Later bekleedde hij onder prins Bibesco verschillende militaire en burgerlijke betrekkingen. Bij de omwenteling in Walachije van 1848 vervulde hij eene der hoofdrollen en was gedurende eenige maanden bezitter van het hoogste gezag in het vorstendom. Toen den 25sten September van dat jaar de Turksche generaal Foead-Pasja door het bezetten van Boekarest een einde maakte aan het tusschenbestuur, nam Golesco de wijk naar Oostenrijk en ging vervolgens naar Parijs, doch keerde in 1857 naar Walachije terug, waar hij door de vaderlandsche partij met gejuich ontvangen werd.
De stad Boekarest zond hem met eene groote meerderheid naar den Divan, waar men den 21 sten October de vereeniging der beide Donauvorstendommen onder het bewind van een gekozen vorst vaststelde. Golesco bekleedde bij die gelegenheid het ambt van vice-president. Onder het bestuur van prins Casa zag hij zich eerst belast met de portefeuille van Binnenlandsche Zaken en later met die van Oorlog; doch in 1861 legde hij ze uit eigen beweging neder, omdat hij zich niet vereenigen kon met de staatkunde van Casa. Na dien tijd behoort hij tot de oppositie, terwijl hij ook deel nam aan de volksbeweging van Augustus 1865, welke echter zonder gevolgen afliep. Hij is de vertegenwoordiger der eenheid van Roemenië, en tevens een voorstander der Bojaren-aristocratie. — Zijn broeder Stephan, geboren in 1809, ontving desgelijks zijne opleiding te Genève en bekleedde onder prins Bibesco onderscheidene burgerlijke bedieningen. Ook hij nam deel aan de revolutie van 1848, zoodat hij de vlugt moest nemen naar Frankrijk. Na zijn terugkeer werd hij afgevaardigd naar den buitengewonen Divan, en daarna voorzitter van de staathuishoudkundige en financiële commissie, doch legde in 1861 die betrekking neder. — Alexander Georg Golesco, een volle neef der voorgaanden, geboren te Boekarest in 1819, reisde geruimen tijd in het buitenland, was als ingenieur werkzaam, en moest desgelijks in 1848 naar Parijs vertrekken, waar hij in 1856 het geschrift, „De l’abolition du servage dans les principautés Danubiennes” in het licht gaf. Ook hij keerde in 1857 naar zijn vaderland terug, om er vervolgens in den buitengewonen Divan plaats te nemen.