De etterdragt, seton en fontanel zijn middelen, om op kunstmatige wijze eene ettering te doen ontstaan.
De seton is een lang, smal zwachteltje, dat door middel eener naald (setonnaald), gewoonlijk in den nek door de huid wordt getrokken. Dagelijks trekt men dat zwachteltje verder en knipt het van etter doortrokken gedeelte weg. Somtijds ook wordt het zwachteltje, tot vermeerdering der prikkeling, met eene zalf besmeerd.
De fontanel is minder prikkelend, maar niet minder pijnlijk. Men plaatst haar gewoonlijk op de borst of op den arm. Door middel van eene Spaansche vliegenpleister veroorzaakt men er namelijk eene etterende wond, en men houdt die door een of ander middel (garou-zalf, papier van Albespeyres enz.) open.
Zulk eene etterdragt dient, om prikkeling of ontsteking af te leiden van een edeler deel en te brengen naar eene plaats, waar verzwering of ontsteking geenerlei bezwaar oplevert.
