Winkler Prins

Anthony Winkler Prins (1870)

Gepubliceerd op 04-07-2018

Chitoon

betekenis & definitie

Chitoon is de naam van het gewone kleed der Grieken, overeenkomende met de Romeinsche tunica.

De Dorische chitoon was eene soort van wollen hemd met 2 korte mouwen, doch die der slaven en handwerkslieden was van de regtermouw beroofd; zoo werd dit kleed algemeen door de mannen gedragen, en dat der vrouwen had een dergelijk fatsoen en reikte naauwelijks tot aan de knieën. De Ionische Grieken, bepaaldelijk de Atheners, droegen een langeren chitoon van zijde, doch deze werd, zooals uit de geschriften van Aristóphanes blijkt, reeds in de dagen van Péricles tegen den korteren Dorischen verruild.

De chitoon der Ionische vrouwen, die langer in gebruik bleef, bestond uit een wijd, ruimgeplooid, tot op de voeten neerhangend hemd met wijde mouwen en van linnen of eene dergelijke stof vervaardigd. Daar hij op de schouders zaamgevat werd, zoodat de daartusschen gelegene deelen naar de bovenzijde te lang werden, ontstond er een overslag (diploïs), welke van voren en van achteren doorgaans tot op de heupen afdaalde. De mouwen waren gesloten en hingen als geplooide zakken naar beneden, en ook wel van den schouder af opengesneden en de gescheiden deelen door versierselen verbonden, zoodat men den arm kon zien.

Daar dit gewaad veel langer was dan het ligchaam, werd het door middel van een gordel zoo hoog opgeschort, dat het slechts tot aan de voeten reikte. Daardoor ontstond wederom een overhangsel boven den gordel, dat, van daar afdalende, met den zoom der diploïs eene evenwijdige Iijn vormde. Gewoonlijk was de chitoon wit, doch de vrouwen maakten ook wel gebruik van donkere kleuren en wisten hem met boordsels enz. fraai te versieren. De mannen droegen hem op het bloote ligchaam, terwijl de vrouwen daaronder een eigenlijk hemd als onderkleed gebruikten.

< >