Chaco, eigenlijk El gran Chago, is de naam van een uitgebreid, meerendeels nog onbekend gewest van Zuid-Amerika, hetwelk gedeeltelijk behoort tot de Argentijnsche Republiek en gedeeltelijk tot Bolivia. Het grenst ten oosten aan de Parana en de Paraguay, ten westen aan de oostelijke uitloopers van het Andes-gebergte, ten noorden aan de bergketen van Bolivia en de Braziliaansche provincie Matto-Grosso, en ten zuiden aan de Rio Salado, en beslaat een oppervlakte van ongeveer 20000 □ geogr. mijlen, waarvan ⅓ aan de Argentijnsche Republiek toebehoort.
Het is eene groote vlakte, slechts hier en daar doorsneden van heuvelketens, die de waterscheiding vormen tusschen de Rio Salado, de Rio Vermejo en de Rio Pilcomayo. In het noorden vindt men er uitgestrekte wouden en hier en daar een weelderigen plantengroei, maar in het zuiden, tusschen 26 en 30° Z. B., wegens gebrek aan water eene barre woestijn. De bodem bestaat er meestal uit zand en is op sommige plaatsen met eene zoutkorst bedekt. Slechts aan den oever der Rio Salado vindt men eenige volkplantingen, en het overig gedeelte der Chaco dient tot verblijfplaats van zwervende Indianen, wier aantal echter niet grooter schijnt te wezen dan 30000.