Winkler Prins

Anthony Winkler Prins (1870)

Gepubliceerd op 02-07-2018

Catapult

betekenis & definitie

Catapult is de naam van een werpgeschut der Ouden, dat op een armborst geleek. Het bestond namelijk uit eene gegleufde staaf met een sterken stalen boog aan het uiteinde. De taaije pees werd met een ijzeren haak door een dubbelen draaitoestel naar beneden getrokken en in eene dwarsgroef der staaf gebragt, zoodat zij bij het losgaan eene in de sleuf gelegde pijl met kracht voortstuwde. Ook bestond de catapult wel uit een houten balk, waarop een veerkrachtig stuk metaal met het ondereinde was vastgemaakt, terwijl het boveneinde los aan lag tegen het boveneinde van den balk.

Het losse einde van het metaal werd nu met sterke touwen van den balk getrokken en sloeg bij het terugspringen tegen 1 of meer pijlen. In het veld werden deze oorlogstuigen op wagens medegevoerd, en in vestingen op een vast onderstel geplaatst. De grootste catapulten konden een met ijzer beslagen balk ter lengte van 4 Ned. cl over een afstand van 1600 schreden voortstuwen, en volgens het getuigenis van Julius Caesar werd op de helft van dien afstand alles er door verpletterd.

De gewone pijlen waren 1½ Ned. el lang, en er werden ook wel vuur- of brandpijlen mede afgeschoten. Eene kleinere soort, door Vitruvius „schorpioenen” genoemd, kon door één man zonder moeite geregeerd worden en bragt de pijlen tot op een afstand van 625 schreden.

De catapulten waren alzoo de kanonnen der Oudheid. Bij elk legioen had men er 30 benevens 10 ballisten, doch na de uitvinding van het buskruid zijn zij met veel ander wapentuig verdwenen.

< >