Cail, een uitstekend Fransch werktuigkundige en machinenfabrikant, één der grootste nijverheidsmannen van onzen tijd, werd geboren in Februarij 1804 te Chef-Boutonne (departement des deux Sèvres) en begaf zich zonder middelen op 18-jarigen leeftijd naar Parijs. Hier leerde hij den schranderen Derosne kennen, die de werktuigkundige bekwaamheid van den jongeling wist op prijs te stellen en hem als deelgenoot in zijne zaken nam. Een distilleer-toestel, welke overal bekend en ook thans nog algemeen in gebruik is, werd er de grondslag voor het vermogen der firma.
Daarna legde Cail zich toe op de verbetering der suiker-industrie, op de beetwortel- en wijn-cultuur, en slaagde daarin op eene gewenschte wijze. Gedurende het jongste beleg van Parijs waren in zijne werkplaatsen in de voorstad Grenelle dag en nacht 300 molens in beweging, om meel te verschaffen, terwijl hij tevens aan de regéring kanonnen, mitrailleuses, kanonneerbooten, shrapnells enz. leverde. In den regel vervaardigde hij echter hoofdzakelijk locomobielen en dergelijke werktuigen. Hij had 2500 werklieden en ook buiten’s lands werkplaatsen en agenturen van de firma J. F. Cail & Comp., Quai de Billy te Parijs. Hij overleed in het laatst van Mei 1871 op zijn buitenverblijf niet ver van Ruffec.
