Winkler Prins

Anthony Winkler Prins (1870)

Gepubliceerd op 19-03-2018

Bretschneider

betekenis & definitie

Onder dezen naam ver­melden wij:

Heinrich Gottfried von Bretschneider, den raadsman en vertrouwde van keizer Jozef II. Hij werd geboren te Gera den 6den Maart 1739, nam dienst bij de dragonders, be­vond zich bij den slag bij Kollin (18 Januarij 1757), en werd toen ritmeester bij een Pruissisch vrijcorps. Door de Franschen gevan­gen genomen zag hij zich eerst na den Vrede van Hubertsburg op vrije voeten gesteld. Hij begaf zich naar Frankfort aan de Main, ontving er eene aanstelling tot kapitein, klom op tot den rang van majoor en ging toen naar Engeland, om er de hertogin van Northumberland te begeleiden gedurende eene reis op het vasteland. Na vruchteloos wachten trad hij te Versailles in dienst van den graaf de Vergennes, keerde in 1773 naar Duitschland terug, was er eenigen tijd te Koblenz werkzaam bij den minister von Hohenfeld, en bekleedde daarna in Oostenrijk aanzienlijke ambten. Hij was er achtereenvolgens biblio­thecaris der universiteit te Ofen en te Lem­berg, gestadig strijdende tegen de voorstan­ders der reactie. In 1809 werd hij op zijn verlangen gepensioneerd, woonde eerst als Keizerlijk hofraad te Weenen, doch begaf zich toen naar het buitenverblijf van een hoogge­plaatst begunstiger, naar het kasteel Krzimitz bij Pilsen in Bohemen, waar hij den 1sten November 1810 overleed.

Belangrijke bijzonderheden omtrent zijn levensloop vindt men in de “Vermischte Nachrichten und Bemerkungen historischen und litterarischen Inhalts (1816)", uit zijne brieven en handschriften verzameld, en in eenige andere werken van dien tijd. Tot zijne ge­schriften behooren: “Familiengeschichten und Abenteuer des Junkers Ferdinand von Thon (1775)”, “Almanach der Heiligen auf das Jahr 1788”, en “Wallers Leben und Sitten (1793)”.

Karl Gottlieb Bretschneider, een uitstekend Protestantsch geleerde. Hij werd geboren te Gersdorf den 11den Februarij 1776, en stu­deerde te Leipzig in de theologie. Van 1802 tot 1806 hield hij aldaar voorlezingen over godgeleerdheid en wijsbegeerte, werd in 1807 leeraar te Schneeberg, in 1808 superintendant te Annaberg, in 1816 generaal-superintendent en opper-consistoriaalraad te Gotha, in 1839 opper-consistoriaal-directeur, en overleed al­daar den 22sten Januarij 1848.

Bretschneider is met ijver werkzaam ge­weest, om de belangen van kerk en school te bevorderen. Zijne rigting was de rationa­listische, en hij heeft aan de kerkelijke be­wegingen zijner dagen niet alleen deelgeno­men, maar daarop vaak een beslissenden in­vloed gehad. Van zijne talrijke geschriften noemen wij : “Lexicon manuale graeco-latinum in libros N. Testamenti (1824, 3de uitgave 1840)”, “Probablia de evangelii et epistolarum Johannis apostoli indole et origine (1820)”, welke veel tegenspraak uitlokten, “Systema­tische Entwickelung aller in der Dogmatik vorkommenden Begriffe nach den Symbolischen Schriften der evangelisch-lutherischen Kirche und den wichtigsten dogmatischen Lehrbüchern ihrer Theologen (4de uitgave 1841)”, die zich door de geleidelijkheid en dui­delijkheid onderscheidt, “Handbuch der Dog­matik der evangelischen Kirche (4de uitgave 1838)”, en “Lehrbuch der Religion und geschichte der christlichen Religion (1824 en 1827)”. Voorts heeft hij eene lange reeks van populaire vlugschriften over godsdienst en staatkunde in het licht gegeven en de uit­gave bezorgd van eenige hoogst belangrijke werken, zoo als het “Corpus Reformatorum (1835-1848)” in 15 deelen. Ook heeft men van hem een groot aantal leerredenen.

< >