Azara (José Nicolo de), een Spaansch diplomaat, werd geboren in 1731 te Barbunales bij Balbastro in Aragonië, studeerde te Huesca en Salamanca, betrad de diplomatische loopbaan en was in 1765 eerst resident en later afgezant te Rome. Hij was er 33 jaren lang op eene eervolle wijze werkzaam.
Hij werkte mede tot de opheffing van de orde der Jezuiëten ten tijde van Clemens XIV (1773), verzette zich tegen de reactionnaire plannen van Pius VI, trad als bemiddelaar op bij de verwikkelingen van den H. Stoel met Jozef II van Oostenrijk (1783), alsmede met Napels, en bevorderde het sluiten van den wapenstilstand te Bologna (1796). Hij was de beschermheer van alle geleerden en kunstenaars. Na de afkondiging der Romeinsche republiek (1798) begaf hij zich naar Florence, en van hier als afgevaardigde naar Parijs, waar hij eene goede verstandhouding tusschen Frankrijk en Spanje zocht te bewerken. In 1803 verloor hij zijne betrekking en hij overleed te Parijs den 26sten Januarij 1804. Hij heeft onderscheidene belangrijke werken uit de Engelsche taal in het Spaansch overgebragt.
Een broeder van dezen, don Felix d’Azara genaamd, op dezelfde plaats in 1746 geboren, streed eerst bij Algiers en was later lid der commissie, die de grenzen tusschen de Spaansche en Portugesche bezittingen in Zuid-Amerika moest bepalen. Hij heeft over de Spaansche bezittingen belangrijke geschiedkundige en beschrijvende werken uitgegeven met vele uitmuntende kaarten en platen.
In 1801 keerde hij naar Europa terug, werd een jaar later brigadiergeneraal, in 1803 lid van de militaire commissie voor Indië, en overleed in 1811.