objectief - Zelfstandignaamwoord
1. (optica) de lens (of het lenzenstelsel) van een optisch instrument (bijvoorbeeld een microscoop of verrekijker) die zich het dichtst bij het te bekijken voorwerp ('object') bevindt
♢ Een camera met een verwisselbare objectieven.
objectief - Bijvoeglijk naamwoord
1. waarneembaar.
2. niet beïnvloeden|beïnvloed door persoonlijke meningen, belangen of ideeën
♢ De commissie bracht een objectief verslag over het gebeurde uit.
objectief - Bijwoord
1. op een onpartijdige, neutrale wijze; zich aan de feiten houdend
♢ De commissie heeft het geval objectief onderzocht.
Woordherkomst
Naamwoord van handeling van objectiveren
afgeleid van het Franse objectif of daarvoor van het Latijnse 'obiectivus'
Synoniemen
frontlens
Antoniemen
oculair
[2] partijdig, subjectief, niet-objectief
Verwante begrippen
camera, microscoop, objectiveren, projector, telescoop, verrekijker
Gepubliceerd op 04-12-2017
objectief
betekenis & definitie