Definities van Nederlandstalige WikiWoordenboek in de Ensie U
- uitstierf
- uitstierven
- uitstiet
- uitstieten
- uitstijg
- uitstijgen
- uitstijgend
- uitstijgt
- uitstippel
- uitstippelde
- uitstippelden
- uitstippelen
- uitstippelend
- uitstippelt
- uitstond
- uitstonden
- uitstoot
- uitstootje
- uitstootjes
- uitstootreductie
- uitstootte
- uitstootten
- uitstoten
- uitstotend
- uitstraal
- uitstraalde
- uitstraalden
- uitstraalt
- uitstralen
- uitstralend
- uitstraling
- uitstralingen
- uitstralingsvermogen
- uitstralingsvermogens
- uitstreek
- uitstrek
- uitstreken
- uitstrekken
- uitstrekkend
- uitstrekt
- uitstrekte
- uitstrekten
- uitstrijk
- uitstrijken
- uitstrijkend
- uitstrijkt
- uitstromen
- uitstromend
- uitstrooi
- uitstrooide
- uitstrooiden
- uitstrooien
- uitstrooiend
- uitstrooit
- uitstroom
- uitstroomde
- uitstroomden
- uitstroompje
- uitstroomt
- uitstulp
- uitstulpen
- uitstulpend
- uitstulping
- uitstulpingen
- uitstulpinkje
- uitstulpinkjes
- uitstulpt
- uitstulpte
- uitstulpten
- uitte
- uitten
- uittest
- uittesten
- uittestend
- uittestte
- uittestten
- uittocht
- uittochten
- uittochtje
- uittochtjes
- uittrad
- uittraden
- uittrede
- uittreden
- uittredend
- uittredingservaring
- uittredingservaringen
- uittreed
- uittreedt
- uittrek
- uittrekbaar
- uittrekbaarder
- uittrekbaardere
- uittrekbaarders
- uittrekbaars
- uittrekbaarst
- uittrekbaarste
- uittrekbare
- uittrekken
- uittrekkend
