Definities van Nederlandstalige WikiWoordenboek in de Ensie I
- ijskasteeltje
- ijskasteeltjes
- ijskastelen
- ijskasten
- ijskastje
- ijskastjes
- ijsklont
- ijsklonten
- ijsklontje
- ijsklontjes
- ijskoffie
- ijskoffies
- ijskoningin
- ijskoninginnen
- ijskoninginnetje
- ijskoninginnetjes
- ijskoud
- ijskoude
- ijskouds
- ijskristal
- ijskristallen
- ijskristalletje
- ijskristalletjes
- ijslaag
- ijslaagje
- ijslaagjes
- ijslagen
- IJsland
- IJslander
- IJslanders
- IJslandertje
- IJslandertjes
- IJslands
- IJslandse
- IJslandse bankencrisis
- IJslandsen
- IJslandser
- IJslandsere
- IJslandst
- IJslandste
- ijslepel
- ijslepels
- ijslepeltje
- ijslepeltjes
- ijslolly
- ijslolly's
- ijslolly'tje
- ijslolly'tjes
- ijsmaker
- ijsmakers
- ijsmassa's
- ijsmeester
- ijsmeesters
- ijsmeestertje
- ijsmeestertjes
- ijsmuts
- ijsmutsen
- ijsmutsje
- ijsmutsjes
- ijspegel
- ijspegels
- ijspegeltje
- ijspegeltjes
- ijsplant
- ijsplanten
- ijsplantje
- ijsplantjeje
- ijsplantjejes
- ijsplantjes
- ijspriem
- ijspriemen
- ijspriempje
- ijspriempjes
- ijsprinses
- ijsprinsesje
- ijsprinsesjes
- ijsprinsessen
- ijsrace
- ijsraces
- ijsracet
- ijsregen
- ijsregens
- ijsregentje
- ijsregentjes
- ijsrichel
- ijsrichels
- ijsricheltje
- ijsricheltjes
- ijssalon
- ijssalonnetje
- ijssalons
- ijsschep
- ijsschepje
- ijsschepjes
- ijsscheppen
- ijsschol
- ijsschollen
- ijsscholletje
- ijsscholletjes
- ijsschots
