bezetten - Werkwoord
1. (ov) in gebruik nemen
♢ De stoel is bezet door die meneer.
2. (ov), (militair) de macht in een gebied overnemen door er een dominerende strijdmacht te vestigen
♢ In 1968 werd Tsjechoslowakije door de Russen en hun bondgenoten bezet.
bezetten - Werkwoord
1. meervoud verleden tijd van bezetten
♢Wij bezetten
♢Jullie bezetten
♢Zij bezetten
Woordherkomst
afgeleid van zetten met het voorvoegsel be-
Gepubliceerd op 10-11-2017
bezetten
betekenis & definitie