De smient wordt om zijn kenmerkende roep ook wel 'fluiteend' genoemd. In Nederland broeden slechts enkele paartjes, maar in de winter is de smient talrijk aanwezig. Smienten komen vanuit Scandinavië en Siberië naar Nederland om te overwinteren. Een aanzienlijk deel van de Noordwest-Europese populatie overwintert hier: het zijn er honderdduizenden. Daarom heeft Nederland een extra verantwoordelijkheid om voor de smient te zorgen. Op een winteravond is hun alleraardigste, fluitende roep te horen als smienten over vliegen: op weg naar het zuiden of op weg naar de graslanden, om hun buikjes vol te eten.
Geluid
De mannetjes roepen een vrolijk ‘wiéuw’. Het geluid draagt ver, vooral op windstille avonden.
Leefgebied
Buiten het broedseizoen heeft de smient een voorkeur voor waterrijke graslandgebieden. Rust meestal overdag op grote meren. Smienten zijn vogels die dicht bij schone, zoete wateren met een rijke oever- en waterbegroeiing broeden. Ideaal zijn de wetlands omgeven door open vegetatie en landbouwgrond in arctische en boreale streken. Komt niet zuiver en alleen in zoet water voor.