Vogelgids van Vogelbescherming Nederland

Vogelbescherming Nederland 2009)

Gepubliceerd op 11-09-2017

Buidelmees

betekenis & definitie

Buidelmezen maken een kunstig buidelvormig nest van pluisachtige plantendelen (lisdodde-sigaren, wilgenpluis of brandnetel). Het geheel hangt aan een tak van meestal een wilg. Vanaf 1981 broeden ze jaarlijks in Nederland. In de jaren negentig kende Nederland een landelijke broedpopulatie tot 250 paartjes. Daarna daalden de aantallen fors en ondanks een opleving zijn ze nu laag om onbekende redenen.

Geluid
Zeer hoog, aflopend tsieuuuu… is meest kenmerkend.

Leefgebied
Staan er naast rietkragen ook hoge schietwilgen en zie je sigaren van de lisdodde, dan is dat het perfecte broedgebied van de buidelmees eruit. Buidelmezen kiezen vooral voor plekken op de overgang van ooibos naar rietland, maar ook in wilgen- of berkenstruweel bij (recreatie)plassen of zandopspuitingen. Het nest wordt opgehangen aan een lange, overhangende twijg van liefst een wilg, meestal boven water en aan de oostkant van de boom – dus minder last van regen en wind. Het buidelvormige nest heeft een dikke, zachte wand van zaadpluis van bijvoorbeeld lisdodde of populier. Zo stevig ook, dat Poolse boeren de oude nesten vroeger gebruikt zouden hebben als pantoffels voor de kinderen.

< >