Duitsch schrijver, geb. 22 Oct. 1822 te Detmold, overl. 2 April 1852 te Gotha. Hij studeerde theologie en philosophie aan de hoogeschool te Bonn, later te Jena en te Berlijn, vestigde zich te Leipzig en wijdde zich aan de letteren; na 1848 hield hij zich met journalistischen arbeid, in radikaal-demokratischen geest, bezig, en werd in ’49 te Hildesheim, tengevolge van een'artikel, tot eenige maanden gevangenisstraf veroordeeld; als leeraar der Vrije Gemeente naar Hamburg beroepen werd hij evenwel afgewezen.
Hij schreef: „Marchen aus der Gegenwart (Leipzig, 1848); — „Aus dem Gefdngnis” (Bremen, 1850).