Nederl orientalist en historikus, geb. 21 Febr. 1820, te Leiden, uit een in 1646 naar Nederland verhuisde fransche familie van Valenciennes, die haar naam d’Ozy schreef, studeerde sinds 1837 te Leiden onder Weijers in de philologie, openbaarde vroeg een bijzonderen aanleg voor de studie der talen en der geschiedenis, en kon zich, stoffelijk onafhankelijk, geheel aan deze studie wijden. Nog voor zijn promotie (1844) vestigde hij zijn roem als kenner van het arabisch met een uitvoerig antwoord op een in 1841 uitgeschreven prijsvraag, welk antwoord door het Koninklijk Instituut bekroond werd, en in 1845 te Amsterdam onder den titel Dictionnaire détaillé des noms des vêtements chez les Arabes in het licht werd gegeven; genoemd werk getuigt van groote belezenheid in de arabische en spaansche literatuur en in al wat toenmaals over de Arabieren geschreven was. D. promoveerde op het aanvangsgedeelte van het omvangrijke werk Sriptorum Arabum loei de Abbadidis (dl I 1846, dl. II 1852, dl. III 1863), arabische teksten met vertalingen bevattende en handelend over de dynastie der Abbadiden ; bij het opsporen van bronnen voor dit werk vond hij arabische berichten omtrent den Cid Campeador, die hem de stof leverden voor zijn vermaarde verhandeling Le Cid déagrès de nouveaux documents (opgenomen in zijn Recherches sur Vhistoire politique et littéraire de l'Espagne pendant le moyen âge, dl. I, met bestrijding van Conde en andere schrijvers over de spaansch-arabische geschiedenis, 1849, zonder deze bestrijding in 1860, tegelijk met dl. II, en in 1881 herdrukt). D. werd na zijn promotie nog in 1844 te Leiden adjutor interpretis legati Warneriani, op voordracht van Thorbecke in 1850 buitengewoon hoogleeraar in de geschiedenis, in 1857 gewoon hoogleeraar ; hij overl. 29 April 1883. Van zijn overige werken zijn de voornaamste : Histoire des musulmans d'Espagne (4 dl. 1861, duitsch van Baudissin), de uitgaven van Abd-al-Wahid al Marrekosji’s Historg of the Almohodes (1847), van IbnBadrun’s Commentaire historique sur le poème d’Ibn-Abdoun (Leid., 1848; met inleiding, noten, glossaria en index), en van Ibn-Adhari’s Histoire de VAfrique et de l'Espagne (2 dln., Leid. 1848—51); verder Al-Makkari, analectes sur l’histoire et la littérature des Arabes d'Espagne (met Dugat, Krehl en Wright, 2 dln., Leid. 1855), waaraan zich de Lettre à M. Fleischer (1871) aansluit; Le calendrier de Cordoux de Vannée 961. Texte arabe et ancienne traduction latine (Leid. 1873), Histoire des Musulmans d'Espagne jusqu'à la conquête de l'Andalousie par les Almoravides (4 dln., Leid. 1861 ; duitsch, Lpz. 1874, zijn eigenlijk hoofdwerk). Voorts maakte hij zich verdienstelijk door de publicatie van vele handschriften uit de rijke Leidsche bibliotheek, als zijn bijdragen voor den Catalogus codicum orientalium bibliothecae Lugduno-Batavae (5 dln., Leid. 1851—75), en door zijne Notices sur quelques manuscrits arabes (1847—51) Met De Goeje bezorgde hij een •uitgave van Edrisi’s Description de l'Afrique et de l'Espagne, texte arabe, traduction, notes et glossaire (Leid. 1866); met Engelmann gafhij in het licht: Glossaire des mots espagnols et portugais, dérivés de l'arabe (2ie druk, Leid 1869). Hoogstbelangrijk zijn ook D.’s bijdragen tot de arabische lexicographie, die in zijn laatst groot werk : Supplément aux dictionnaires arabes (2 dln., Leid. 1877—80) zijn saamgebracht. In het nederl. geschreven en ook voor leeken belangrijk is zijn werk over den Islam ; Het Islamisme (Haarlem 1863, 3de druk 1900 : fransch van Chauvin, Leid, 1879) met tot aanhangsel: De Israëlieten te Mekka (Haarlem 1864; duitsch, Lpz. 1864).
Inloggen
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Favorieten
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen:
- Je eigen Ensie account
- Direct toegang tot alle zoekresultaten
- Volledige advertentievrije website
- Gratis boek cadeau als welkomstgeschenk