gr. Olympos, naarn van verscheidene gebergten en bergen in Griekenland en Klein-Azië (thans meest Olymbos geheeten).
Het bekendste dezer gebergten ligt aan de noordgrens van Thessalië, in het tegenw. vilajet Saloniki; zijn hoogste top (2385 m.) is vaak omhuld met wolken, doch heeft geen altijddurende sneeuw; de hellingen van dit gebergte zijn begroeid met loofboomwouden en overal doorploegd door wilde bergstroomen. De grieksche dichters van Homerus af hielden den O. voor den zetel van Zeus en de overige godheden (Olympiërs) en bezigden den naam O. daarom ook in de beteekenis van hemel.