koning van Euboea en vader van Palamedes, wenschte zijn zoon te wreken, toen hij door toedoen van Ulysses onschuldig was ter dood gebracht, doorreisde geheel Griekenland en spoorde de vrouwen der vorsten, die naar Troje vertrokken waren, tot overspel aan, in de hoop dat zij onderling in twist zouden geraken en elkander vermoorden. Hiermede niet tevreden, stak hij op den berg Caphareus een groot vuur aan, toen de Grieken bij een zwaren storm van Troje terugkeerden.
De Grieken zeilden er op aan, doch leden schipbreuk op scherpe klippen, zooals N. gewenscht had. Toen hij echter hoorde, dat Ulysses en Diomedes, om wier verderf het hem voornamelijk te doen was, behouden waren gebleven, stortte hij zich zelven uit spijt in zee.
